Contraindicaties hypnotherapie
Het stellen van contra-indicaties bij hypnotherapie is niet eenvoudig. In de literatuur vinden we verschillende pogingen om contra-indicaties te stellen. De specifieke ervaringen van de auteurs vormen meestal meer een uitgangspunt dan onderzoeksgegevens.
Als beperkingen voor het toepassen van hypnose kunnen worden genoemd: Cliënten met een chronische psychose, uitgesproken hysterische karakterstructuur, heftige angsttoestand, sterke (erotiserende) afhankelijkheid, ernstige psychopathie, sterk narcistische persoonlijkheid, ernstige depressie met suïcidaliteit, zeer onstabiele patiënten (grote wisselingen in stemming).
Hypnotische trance is een natuurlijke toestand van lichaam en geest. Het is een staat van geconcentreerde aandacht die vaak gepaard gaat met een ervaring van ontspanning. Absolute contra-indicaties lijken er niet te zijn voor het oproepen van deze toestand via suggestie.
Een goede hypnotherapeut dient wel aan een aantal minimale voorwaarden te voldoen:
- De hypnotherapeut beschikt over voldoende beheersing van hypnotherapeutische technieken
- De hypnotherapeut voldoet aan de gestelde scholing en intervisie-eisen
- De hypnotherapeut is bereid en in staat samen te werken met andere zorgverleners
- De hypnotherapeut is bereid en in staat voldoende nazorg te kunnen geven
- De hypnotherapeut is in staat zorg te dragen voor zijn eigen emotionele/psychische staat
- De hypnotherapeut is in staat zorg te dragen voor de emotionele/psychische staat van cliënten.